De Goorse Molenwiek

'Het Gezin van Paemel', het bekende stuk van Cyriel Buysse situeren wij in 1894 in een klein dorpje op het Vlaamse platteland. Vader en moeder pachten er een hoeve van de plaatselijke adellijke familie.

Ze leven onderdanig, bescheiden en blijven hopen dat door hard werken de tijden wel zullen beteren. De omstandigheden zitten hun echter niet mee. Enkelen van hun kinderen zien immers in dat er met onderdanige gedienstigheid niets gewonen is. Ze reageren zeer rebels op de uitbuiting door de hogere klasse. Deze heeft enkel het eigen gewin voor ogen en schaamt zich er niet voor een dochter uit het gezin op te eisen voor 'eigen gebruik' en de pacht onbetaalbaar hoog op te trekken.

Tenslotte blijven vader en moeder Van Paemel, na een leven lang hard werken en zwoegen, alleen achter in armoede.

Vele toneelkringen dromen ervan om dit meesterwerk te kunnen opvoeren. Ook van “De Goorse Molenwiek” was het een wens en hebben deze kans met beide handen genomen door er een spektakel van te maken. Theater wisselt af met film. Er werden filmopnames gemaakt aan het Pelgrimhof, ‘t Meulenhof Gierle, Steynenhoeven Tielen en de Leihoeve Wiekevorst.

Wij ondervonden tijdens de filmopnames een zeer gastvrij ontvangst. Daarom schreef Laurent Spits (decorbouw) een ode aan ‘t Meulenhof Gierle, Steynenhoeve Tielen en Leihoeve Wiekevorst.

‘Hoe schoon ons land met trotse hoeve
zonder blazoen of wapenschild
Hun naam als adel sieraad
Gestriemd en gezegend door wind en zon
En rustend in het vruchtbaar groen
Zo hebben klein en groot gedroomd
En stil, in’t hart, de boer beloond.’
                                    - Laurent Spits